Ergens in het land staat een standbeeld waarvoor twee werkmannen de opdracht hebben gekregen er een hek omheen te plaatsen. De een is een potige die wel van aanpakken weet, de ander is liever lui dan moe.
Voordat ze hek plaatsen willen ze eigenlijk wel even op de foto met dat rare standbeeld, als het standbeeld per ongeluk wordt aangeraakt, flitst het hele stel naar de middeleeuwen alwaar deze twee figuren weer tot leven zijn gekomen. In de middeleeuwen zijn twee verschillende landen; het land van Goedarie en het land van Kwadorie.
In het land van Goedarie is het altijd leuk, iedereen is er vriendelijk. Er is daar een tovenares met een magische bol, dat maakt dat iedereen altijd vrolijk is en dat de koningin van het land zich goed voelt.
De koningin van Kwadorie wil die bol natuurlijk in haar bezit krijgen en zet daarvoor de twee werkmannen in om dit voor haar te doen. Zij worden ‘bedwelmd’ door een drankje waardoor ze alles doen wat de slechte koningin vraagt. Of de slechte koningin de bol uiteindelijk te pakken krijgt en wat er verder nog meer gebeurd moet je maar lezen in het stuk ‘Gesol met een bol’.